Als je examen gaat doen bij de Associatie, kom je wellicht termen tegen die je in het dagelijks leven niet zoveel gebruikt. De cesuur kan daar een voorbeeld van zijn. In dit artikel zullen we deze term verder uitleggen.
De cesuur
Als we het hebben over de cesuur, bedoelen we de zak-/slaaggrens bij de beoordeling van een toets. Daarbij staat de vraag centraal welke score een kandidaat tenminste moet behalen om een voldoende te halen of om te slagen. De cesuur is bij de examens van de Associatie uitgedrukt in een percentage van het totaal aantal te behalen punten. Voor examens bij de Associatie die bestaan uit open vragen, ligt de cesuur op 55%.
Als het examen (gedeeltelijk) uit meerkeuzevragen bestaat, ligt de cesuur hoger. Uitgangspunt van onze examens is dat we je daadwerkelijke kennis toetsen. Je doet je best om maximaal voorbereid naar je examen te komen, maar als je het antwoord echt niet weet, kun je bij een meerkeuzevraag een gokje wagen. Als je vier antwoordmogelijkheden hebt, heb je alsnog 25 procent kans op het goede antwoord. Bij het bepalen van de uitslag wordt daarom gecorrigeerd voor gokken.